Bezit van
burgemeester Buyck

S

Singel 157

Singel 157, Amsterdam

De eigenaren van dit pand aan de voet van de Jan Roodenpoortstoren waren niet de minste inwoners van Amsterdam. Onder hen nazaten van burgemeester Buyck, waarvan er weer één getrouwd was met een Cromhout. Ook de familie Angelkot was zeer vermogend: bij haar overlijden bedroeg het vermogen van Alida ruim 500.000,- gulden. Toen het huis in eigendom van deze familie was is het drastisch verbouwd: de jaartalsteen 1717 verwijst hiernaar. Het huis is verrassend groot, dankzij het achterliggende huis waarmee het is samengevoegd.

1634
Bouw
1717
Verbouwing
1969
Stadsherstel eigenaar
1983
Restauratie
Nu
Woningen & bedrijfsruimten
Bouw
Jaartalsteen 1717

Hier stond al in de middeleeuwen een huisje

Volgens de jaartalsteen in de top stamt dit pand uit 1717. Het is duidelijk tussen de buurhuizen 155 en 159 en het achterliggende huis gebouwd. Bij de restauratie bleek een deel van de balken echter afgehakte sleutelstukken te hebben en dus van oudere datum te zijn, maar door alle aanpassingen sindsdien hebben we geen inzicht meer kunnen krijgen in de vorm en indeling van het 17e-eeuwse huis dat hier tussen het eerste lage middeleeuwse huisje en het tegenwoordige 18e-eeuwse pand moet hebben gestaan.

De vroegste verwijzing in de archieven dateert uit die 17e eeuw, als in 1633 bij een openbare verkoop 11 percelen worden verkocht door de erfgenamen Buyck, nakomelingen van Joost Buyck (1505-1588), de laatste katholieke burgemeester vóór de Alteratie. Als voorwaarde wordt gesteld dat in de huizen alhier niet “eenighe cuypers, coperslagers, geelgieters, smidts ofte slotemackers” mogen wonen. De koper van het huis en erf getekend met nr. 3 is Rem Anthonisz Fonteijn (1577-1659) en hij betaalt ƒ 6480,-. Waarschijnlijk is dit het moment dat het middeleeuwse huis plaatsmaakt voor een nieuw huis, want Fonteijn verklaart in 1649 dat hij in 1634 begonnen is met bouwen.

Geloof
Patriciërsfamilie

Met hun huwelijken probeerden ze de katholieke gemeenschap intact te houden

Ook de Fonteijnen waren nazaten van genoemde burgemeester Buyck. Rem is in 1609 getrouwd met Balichje Gheenen (1583-1647), wiens moeder eveneens een Buyck is, Aeltje. Haar vader is Geen Simons Peereboom. Rem en Balichje krijgen in elk geval twee zonen, priester Justus en Eugenius Fonteijn (1615-1671), die de katholieke Grietje (Margreta) Segers Lastman (1619-1692) huwt. De nazaten van het Amsterdamse patriciërsgeslacht Buyck probeerden er met hun huwelijken voor te zorgen dat het geloof voor het nageslacht werd bewaard en de katholieke gemeenschap intact bleef. Behalve gelovig, was ijzerkoopman Eugenius cultuurminnend: hij komt voor op een lijst van ‘Liefhebbers van de schouwburg’ uit 1652/53.

Of het gezin van vader Rem zelf in het nieuwe huis is gaan wonen is niet bekend, maar bij de ondertrouw van Eugenius in 1639 heeft Rem als adres Middeldam (de huidige Dam) en in de jaren vijftig wonen zowel vader als zoon aan de Oude Teertuinen. Bij zijn overlijden in 1671 daarentegen woonde Eugenius wel op het Singel ‘bij de Toren’ en bij de ondertrouw van dochter Baldina Margreta in 1687 woont zijn weduwe daar nog.

Toren
Achter de Roodenpoortstoren

“Syn haan wou niet krayen”

Deze panden aan het Singel stonden destijds bekend als gelegen “achter de Jan Roodenpoortstoren”. Bij een storm in 1660 waaiden haan en kruis van de torenspits af. Het kruis kwam op het huis van notaris Gerrit Steeman, Torensteeg 8. De notaris kreeg daarop veel grappen te horen over waarom het kruis wel op zijn huis terecht was gekomen en de haan niet. Notaris Steeman was kinderloos: “syn haan wou niet krayen”, zei men.

In 1829 is de toren afgebroken, het onderhoud was te duur geworden voor de inmiddels verarmde stad. Wel is de toren voor afbraak opgemeten door stadsbouwmeester Abraham van der Hart, zodat herbouw ooit mogelijk zou zijn. Meerdere keren is geprobeerd de stad een reconstructie van deze toren terug te geven, ook wij – toen nog Maatschappij tot Stadsherstel – hebben in de jaren zeventig een, vergeefse, poging daartoe ondernomen.

Bij de restauratie van de Torensluis in 1960 kwam men erachter dat het onderste deel van de Jan Roodenpoortstoren nog bestaat, inclusief fundamenten. De torenvoet is namelijk opgenomen in het brede landhoofd van de in 1648 gebouwde brug, de Torensluis. In 2003 zijn de contouren van de toren zichtbaar gemaakt in de keitjesbestrating van de brug.

Vermogen
Coetenburgh en Cromhout

De eigenaren waren vermogende Amsterdammers

Het huis blijft in de familie Fonteijn tot de kinderen van Cornelia Baldina Adriana Coetenburgh (ca. 1688-1730) het in 1741 verkopen. Cornelia is een achterkleindochter van Rem en is in 1705 getrouwd met Hendrik Bartelmiesz Cromhout (1667-1706), kleinzoon van Jacob Cromhout en Margaretha Wuytiers die we kennen van onze Cromhouthuizen. In 1710 trouwt zij als weduwe met Franciscus Adolphus Josephus baron van Zinzerling, gezant van de keizer van Oostenrijk bij de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden en na zijn overlijden trouwt zij in 1720 een derde maal, met Valentinus Benignus Stauthals baron van Bleekhem.

Notaris Isaack Angelkot, die dan al eigenaar is van het huis op de hoek Singel / Torensteeg waar hij zelf woonachtig is, koopt het pand in 1741 voor ƒ 15.400,-. In 1723 is Isaack (1689-1743) getrouwd met Maria Carlier en na diens overlijden in 1749 komt het huis in bezit van hun in 1724 geboren en enig nagelaten kind Alida Angelkot. In 1802 betaalt Wopke Knoop er ƒ 8200,- contant voor bij de openbare verkoop na haar overlijden het jaar ervoor. Dit huis is niet de enige nalatenschap: bij haar overlijden laat zij een collateraal vermogen na van ƒ 509.000,-.

Huurders
Bewoners en bedrijfjes

Een van de schutters van de Nachtwacht woonde hier

In veel gevallen zal de eigenaar dit pand niet zelf bewoond, maar het verhuurd hebben. Zo weten wij dat Barent Harmenszn Bolhamer – een van de schutters op De Nachtwacht – en zijn zuster in 1635 hierheen verhuizen van Nieuwezijds Voorburgwal 91.

In 1742, als Isaack Angelkot eigenaar is, woont hier koopman Joh. Hubener. Hij betaalt ƒ 810,- aan huur bij een inkomen van ƒ 2000,-.

Weer ruim een eeuw later, in 1856, woont koopman C.J.E. Gildemeester van Gheel in het huis. In 1864 is de hoofdbewoner H.D. Altmuller, eveneens koopman, en in 1879 is het makelaar M. Jacobson.

Beneden in het pand zitten uiteenlopende bedrijfjes en kantoren zoals een homeopathisch geneesheer in 1901, een handeltje in zeemleer en sponzen in 1911, een uitvoerder van effectenorders in 1923, een steenkolenhandel in 1924 en daarna het kantoor van de Nederlandse pectine industrie. Tijdens de Tweede Wereldoorlog zit hier kuiperij en vatenhandel E. Reints.

Rol van Stadsherstel
Niet 2 maar 3 panden

Singel 157 is een pand met halsgevel in Lodewijk XIV-stijl met klauwstukken met doorboord bloemmotief, een cartouche rond de hijsbalk en een gebogen lijstvormig fronton met daarin het jaartal 1717.

Toen we de rijksmonumenten Singel 159 en 157 in 1969 aankochten, waren ze in een zeer slechte bouwkundige staat, vooral dit pand. Al sinds 1961 tot aan de restauratie in 1982 stonden ze in de stutten. Bij de overdracht wordt behalve de koopsom ook melding gemaakt van de doorberekening van stut- en stempelwerk aan beide percelen, kosten: ƒ 8427,10. Omdat dit stutwerk niet kon worden verwijderd, moest steeds in kleine gedeelten oud metselwerk weggehakt voordat een van de palen de grond in kon. Voor nummers 157 en 159 waren maar liefst 24 palen nodig omdat alle muren gemeenschappelijk met de belendingen zijn en omdat de zandplaat waarop de palen staan geen hoge belasting voor de paal toelaat.

Zoals bijna iedere restauratie begon ook deze met het opmeten en onderzoek in bewoonde situatie, zodat veel vragen over de geschiedenis en bouwkundige constructie in eerste instantie onbeantwoord bleven. Bij deze restauratie was nog iets anders bijzonders aan de hand: want hoewel het hier twee panden aan het Singel betreft, besloeg de restauratie in feite drie panden. Achter de Singelpanden bevindt zich namelijk een achterhuis, ooit als zelfstandig huis gebouwd en in de 18e eeuw – mogelijk in 1717, het jaar in de geveltop – samengevoegd met Singel 157. Het achterhuis is toen grotendeels afgebroken en slechts half herbouwd. De andere helft werd een nieuw pand aan de Torensteeg.

Achterhuis
Middeleeuwse resten

Een volledig ingebouwd, zelfstandig huis bevindt zich achter de 2 panden

Achter de panden Singel 157 en 159 staat een duidelijk zelfstandig gebouwd huis, echter zonder huisnummer van Singel, Torensteeg of Spuistraat en dat pas in de 18e eeuw op enigszins krampachtige wijze verbonden is met Singel 157. Al op de kaart van Cornelis Anthoniszoon uit 1538 is hier een stenen dwarshuis te zien aan een grote tuin. Nu is het huis helemaal ingebouwd.

Het huidige achterhuis is 18e-eeuws. Bij het funderingsonderzoek stuitten we op de resten van het middeleeuwse huis: de oude kaarten bleken precies te kloppen.
Het huis was constructief in goede staat, maar bleek gebouwd op ‘staal’ – een keiharde laag veen die al meer dan 400 jaar een compleet huis had gedragen. Maar, in Amsterdam moet een huis op palen staan en dus werd ook hier een nieuwe fundering aangebracht; de zeven pulspalen gingen zonder veel moeite de grond in.

Omdat in de oorspronkelijke restauratieplannen de bouwkosten niet in verhouding stonden met de subsidie en huuropbrengst, moest een keuze gemaakt worden tussen sloop van het achterhuis of de restauratieplannen vereenvoudigen. Gezien de historie van het achterhuis werd in overleg met Monumentenzorg voor het laatste gekozen. Voor het achterhuis kon worden volstaan met het repareren van een aantal rotte balkkoppen en spantpoten.

Meer informatie

Bronnen:
Archief Stadsherstel
Album amicorum van Elisabeth Buyck
Wapenbeschrijvingen album amicorum van Elisabeth Buyck, 17e eeuw, Anton C. Zeven
Delpher
Katholiek in de Republiek: subcultuur en tegencultuur in Nederland, 1570- 1750, Universiteit Leiden, Lenarduzzi, C.M. (2018)
Stadsarchief Amsterdam
VVAB

Aan dit project hebben meegewerkt:
Restauratiearchitect: Prins
Restauratieaannemer : Jurriaans

Cookie toestemming
Wij gebruiken cookies om uw gebruikerservaring te optimaliseren en het webverkeer te analyseren. De analytische cookies zijn volledig geanonimiseerd en worden niet gedeeld. Lees meer over hoe wij cookies gebruiken. Als u akkoord gaat met ons gebruik van cookies, klikt u op "Ok, ik wil verder".
instellingen
Functionele cookies: deze cookies zijn nodig voor een goed werkende website
Analytische cookies: deze cookies worden gebruikt om statistieken van de website bij te houden. De analytische cookies zijn volledig geanonimiseerd en worden niet gedeeld. Tevens wordt het laatste octet van het IP-adres automatisch gemaskeerd.