De 1e elektriciteitscentrale van Amsterdam voor de Wintertuin van Krasnapolsky

S

Servetsteeg 12

Servetsteeg 12, Amsterdam

Een bijzonder gebouw op een binnenterrein dat vanaf de straat niet zichtbaar is; de 1e elektriciteitscentrale van Amsterdam, gebouwd om de beroemde Wintertuin van Krasnapolsky te verlichten. Het door architect G.B. Salm ontworpen gebouw stond bij aankoop gedeeltelijk leeg; we hebben daar woningen in gerealiseerd.

1883
Bouw centrale
1996
Stadsherstel eigenaar
1997
Gerestaureerd
Nu
Woningen
De plek
Servetsteeg

Van gas naar elektriciteit

Hotel Krasnapolsky gaf in 1879 opdracht om hun achterterrein, aan de Servetsteeg 12, te bebouwen met een pakhuis annex werkgebouw, en in het hotel zelf gelijktijdig een inpandig gesitueerde ‘wintertuin’ te creëren. Architect van de wintertuin, het pakhuis en de entreepartij van het hotel was G.B. Salm. Het pakhuis annex werkgebouw werd in eerste instantie gebruikt als opslagruimte, met op de begane grond de turbines waardoor de gaslampen in de wintertuin konden functioneren.

In 1880 liet Kras in een ander pand in de straat, Servetsteeg 21, een stoommachine plaatsen, voor de verwarming en verlichting van het hotel. Dit project, gereed in 1881, werd geleid door een ingenieursbureau uit de Nieuwe Doelenstraat, de firma Mijnssen & Co. Zij waren agent van de Franse Compagnie Générale d’éclairage électrique, die de elektrische installatie leverde.

In 1882-1883 werden er drie stoommachines bijgeplaatst. Een pand aan de Servetsteeg werd daarvoor verbouwd, ook naar een ontwerp van Architect Salm; vermoedelijk werden nummer 17 en 19 toen bij dat pand getrokken. De elektrische installatie werd hiermee feitelijk een elektriciteitscentrale – de eerste van Amsterdam. Tijdens de in Amsterdam gehouden Wereldtentoonstelling van 1883 kon zodoende de hele Wintertuin van Krasnapolsky elektrisch worden verlicht, met 1000 lampen.

Verlichting
Wintertuin

Een jaar na de introductie van de Edison gloeilamp

De Wintertuin werd eerst verlicht door 24 Jamin-booglampen met elk drie stel kaarsen. Om de anderhalf uur werd automatisch een nieuwe kaars ingeschakeld. Hiermee werd een totale brandtijd van vier-en-een-half uur bereikt. De booglampen met kaarsen stamden uit 1881, en dienden als vervanging van de gasverlichting, die teveel warmte verspreidde, hetgeen niet alleen slecht was voor de planten die de wintertuin rijk was, maar ook een hoog brandgevaar had. Na het beëindigen van de gasverlichting in de Wintertuin daalde de temperatuur, en het licht werd ‘oneindig krachtiger’ bevonden.

De overschakeling op gloeilampen in 1883 werd ingegeven door het streven naar een modern café. De aanleg van de lampen staat op naam van de Nederlandsche Electriciteits Maatschappij, de N.E.M. “Door middel van een kraantje, net als bij gas, kon elk licht afzonderlijk worden opgestoken of gedoofd”. En die elektriciteit kwam dus nog niet van de gemeente, maar van de net gerealiseerde elektriciteitscentrale.

Na allerlei experimenten koos Krasnapolsky voor de toen gloednieuwe Edison gloeilampen. Nauwelijks een jaar nadat Edison in 1882 de gloeilamp introduceerde, hingen er in de Wintertuin meer dan 1000 Edison gloeilampen. De bijzondere zaal werd al gauw vol lof ‘het wonder van de eeuw’ genoemd. De Wintertuin zou Gerard Philips hebben geïnspireerd om een gloeilampenfabriek te beginnen.

Vrienden bedankt

Dankzij de Vrienden van Stadsherstel is een gereconstrueerde gaslantaarn, inclusief keizerskroon, in de tuin van Krasnapolsky, teruggeplaatst.
Word ook Vriend
Ondernemer
Netbeheerder Krasnapolsky

Vrienden kregen voorrang

Toen Krasnapolsky in 1883 dan over een elektriciteitscentrale voor hun befaamde wintertuin en hotel beschikte, zagen anderen er ook wel wat in om door middel van elektriciteit hun zaak langer open te kunnen houden. Zo kwamen er mensen uit de buurt, maar ook klanten en kennissen bij de hotelier, met verzoeken om aangesloten te worden. Maar niet iedereen kreeg toegang tot het net; de vraag was groot maar de capaciteit was helaas klein. Dus kregen ondernemers die geregeld het hotel bezochten voorrang. Het werd steeds meer een collectief systeem, maar met een bepaalde willekeur wat betreft wie er wel of geen toegang kreeg.

Na een tijdje besloten gemeenten en provincies dat iedereen toegang moest krijgen tot het elektriciteitsnet. In april 1886 werd vervolgens in de plaats Kinderdijk de eerste officiële elektriciteitscentrale van Nederland geopend. En dus was elektriciteit niet langer iets van Hotel Krasnapolsky, maar ging het over in publieke handen.

De installaties van de hoteleigenaar werden verkocht, en enige tijd daarna kreeg iedereen in de stad toegang tot het net. Zo groeide het eerste gebruik van elektriciteit in Amsterdam tot wat nu een basisvoorziening is in onze samenleving.

Architect
Gerlof Bartholomeus Salm

De elektriciteitscentrale bestaat uit drie bouwlagen, met aan de langszijde twee tuitgevels met hijsluiken. Op alle verdiepingen heeft het pand troggewelven. Het gebouw heeft verder nog de oorspronkelijke gietijzeren constructie. Deze gietzijzeren kolommen zijn bekleed met een betonlaag.

Op de begane grond bevinden zich een aantal blinde vensters en enkele toevoerbuizen voor de aanvoer van het gas dat bestemd was voor de gaslampen in de Wintertuin. Geheel rechts rijst uit het gebouw een 26 meter hoge gemetselde ronde schoorsteen op, deze zorgde voor de rookafvoer van de elektriciteitscentrale. De schoorsteen is eenvoudig vormgegeven, met een kop met twee keer uitkragende stenen. Dit is waarschijnlijk uit praktische overwegingen gedaan, want door het iets grotere gewicht krijgen weersinvloeden dan minder grip op het metselwerk. Én, zoals een goede schoorsteen betaamt, is hij voorzien van klimijzers en ijzeren trekbanden.

Gerlof Bartholomeus Salm (1831-1897) was de architect van het gebouw. Hij liet zich inspireren door de grote bouwstijlen uit het verleden. Lange tijd werkte hij samen met zijn zoon Abraham Salm, die later zijn praktijk overnam. Hun ontwerpmethode is te kenmerken als eclecticisme; het beste van alle verschillende bouwstijlen gecombineerd.

Hun bouwwerken zijn voornamelijk te vinden in Amsterdam; banken, fabrieken, tramstations, kerken, synagogen, bruggen, villa’s, winkelpanden, een crematorium en een schouwburg. Ook waren zij jarenlang de vaste architect van de dierentuin Artis.

Rol van Stadsherstel
Ontsluiting binnenterrein

Bij nader overleg tussen Stadsherstel en hotel Krasnapolsky over de panden Oudezijds Voorburgwal 224 en 226, bleek dat achter deze twee panden een bedrijfsgebouw aan de Servetsteeg stond waar Krasnapolsky op dat moment een nieuwe bestemming voor zocht, en dat bovendien dringend om een opknapbeurt vroeg. Het betrof hier de voormalige elektriciteitscentrale van Krasnapolsky, voorzien van een monumentale schoorsteen, en tot nieuw monument verklaard als voorbeeld van industrieel erfgoed. Wij wilden dit pand graag een passende functie geven en ontwierpen een luchtbrug tussen het achterhuis van nummer 226 en de bovenverdiepingen van dit industriële monument. Zo konden hier woningen gerealiseerd worden, die aansluiten op het eerder ontwikkelde woningcomplex van ons aan de Oudezijds Voorburgwal 224 en 226.

De bouwketen werden tijdens de restauratie in de binnentuin van Krasnapolsky getakeld, zodat de bouwplaatskosten voor dit omvangrijke project beperkt bleven. Tijdens de restauratie kon tijdens de Open Monumentendag het herstel aan het pand bekeken worden. We waren toen net bezig met het funderingsherstel. En dat was geen overbodige luxe, want vanaf de straat was goed zichtbaar dat het pand 30 centimeter scheefgezakt was, waardoor er scheuren in de gevel, bijvoorbeeld in de borstwering, ontstaan waren.

Op de begane grond is weer een energievoorziening voor het hotel gerealiseerd, maar nu in de vorm van een warmtekrachtkoppelingscentrale.

Meer informatie

Bronnen:
STIF (Stichting fabrieksschoorstenen)
Liander
Theo Bakker
Op de kaart
Archief Stadsherstel
Stadsarchief Amsterdam
Beeldbank Rijksdienst voor het Cultureel erfgoed
Beeldbank Rijksmuseum
Delpher

Aan dit project hebben meegewerkt:
Restauratiearchitect: Sytze Visser
Restauratieaannemer: Vink Bouw

Dit project is mede mogelijk gemaakt door:
De Vrienden van Stadsherstel

Cookie toestemming
Wij gebruiken cookies om uw gebruikerservaring te optimaliseren en het webverkeer te analyseren. De analytische cookies zijn volledig geanonimiseerd en worden niet gedeeld. Lees meer over hoe wij cookies gebruiken. Als u akkoord gaat met ons gebruik van cookies, klikt u op "Ok, ik wil verder".
instellingen
Functionele cookies: deze cookies zijn nodig voor een goed werkende website
Analytische cookies: deze cookies worden gebruikt om statistieken van de website bij te houden. De analytische cookies zijn volledig geanonimiseerd en worden niet gedeeld. Tevens wordt het laatste octet van het IP-adres automatisch gemaskeerd.