Noordvleugel Hal 17, de Hallen
Hannie Dankbaarpassage 1-19,Dit rijksmonument was, voordat wij eigenaar werden, al een tijd in gebruik als parkeerterrein. Zelfs de monumentale langsgevel was gesloopt. Het zou kunnen zijn dat de Noordvleugel zelfs nog paardenstal is geweest voor de paardentramremise, maar zeker is dat niet. Wel is vastgesteld dat hij is gebruikt als houtopslag. De langsgevel is bij de restauratie teruggekomen en de Hallen is een gezellige culturele hotspot geworden.
Reconstructie Noordgevel
Het gebouw stond er strak bij, maar op een aantal punten is de fundering toch geïnspecteerd. Hiermee kon ook het metselwerk van de gesloopte gevel onder het maaiveld worden opgespoord. In de planvorming speelde het terugbrengen van de gevel in de Noordvleugel een belangrijke rol. Er volgde discussie of een moderne gevel ontworpen moest worden, of dat de oorspronkelijke gevel moest worden teruggebracht. Voor het laatste werd gekozen.
“De grootste uitdaging”, vertelt projectleider Paul Morel, “was om die langsgevel aan de rechterzijde in de passage zo authentiek mogelijk te reconstrueren, zodat een eenheid zou ontstaan met de gevel aan de linkerzijde. Om er een straat van te maken die een soort van vanzelfsprekendheid uitstraalt.” Die reconstructie is goed gelukt. Het industriële karakter werd behouden, de ijzeren noodbalken verdwenen, de stenen kregen hun eigen kleur terug, de hijsbalken bleven zitten en het nieuwe glazen dak geeft een weelde aan licht.
Vrienden bedankt
De Vrienden droegen bij aan de restauratie van het hek aan de Bilderdijkkade. In 2014 werd de ledenvergadering van de Vrienden gehouden in De Hallen tijdens de restauratie. En in 2019 startte de Vriendenwandeling in Hal 17 met uitleg van architect André van Stigt over het project. Zo konden de Vrienden met eigen ogen zien waar ze aan bijgedragen hebben.
Isolatie, maar ook lokale werkgelegenheid
In de herontwikkeling van De Hallen stond duurzaam denken vanuit werken, bouwen en exploiteren als gedachte centraal. Bijvoorbeeld door het creëren van lokale werkgelegenheid, en multifunctioneel grondgebruik zoals een gezamenlijke ondergrondse parkeergarage. Maar ook door zoveel mogelijk hergebruik van de bestaande structuur en bestaande materialen uit het gebouw. En het in het pand onderbrengen van maatschappelijke voorzieningen en Non-Profit bedrijven.
Tevens maakt de Tramremise gebruik van duurzame warmte en koude vanuit een warmte-koudeopslagsysteem (WKO). WKO is een veel toegepaste, specialistische techniek waarmee grote energiebesparingen en CO2-reductie behaald kunnen worden. Vanwege de bodemgesteldheid in Amsterdam is de WKO-technologie zeer geschikt. Op de bronnen die geboord zijn en de aangelegde installatie is HAL 17 ook aangesloten. HAL 17 is verder hoogwaardig geïsoleerd en uitsluitend voorzien van vloerverwarming en koeling via datzelfde WKO-systeem.
Bij de restauratie in HAL- 17 is al het staal- en betonwerk gecontroleerd, waar nodig hersteld en vervolgens duurzaam geconserveerd. Het centrale trappenhuis, met betonnen treden en gietijzeren balustrades is volledig gerestaureerd en de lichtstraat is teruggebracht met gebruik van het bestaande ontwerp. Voor de verlichting van de passage in de avond is gekozen voor industriële lampen, die verwijzen naar het gebruik van het complex in het verleden.
Op de begane grond van HAL 17 zijn in totaal negen units gemaakt, waarin winkeltjes en ateliers gevestigd zijn. Er is een soort ‘kashba’ ontstaan. Het is nu zó’n uitgebreid cultureel, culinair en winkelcomplex, dat een ‘dagje Hallen’ ideaal in een slecht-weer-scenario past, maar ook bij mooi weer kunt u lekker zitten op een terras. Meer informatie over de winkels en openingstijden: www.dehallen.nl
Naast de restauratie zijn we ook nog op een andere manier verbonden met de tramgeschiedenis. Zo treedt de Amsterdamse Tramharmonie regelmatig op in het concertgebouw, maar ook in de evenementenlocaties van Stadsherstel.
Blaasfanfare van het Gemeentelijk trambedrijf bestaat nog steeds
De Tramharmonie is in 1906 ontstaan als ‘Fanfarekorps Kunst na Inspanning’, een bedrijfsfanfare van de Gemeentetram Amsterdam. Voor een contributie van 15 cent per week zochten conducteurs en bestuurders van de Amsterdamse Gemeentetram na het werk ontspanning in de blaasmuziek. Na tien jaar werden er klarinetten aangeschaft, en vrijwilligers gezocht die hierop konden of wilden leren spelen. Na enig studeerwerk hunnerzijds, kon het fanfarekorps zich met trots omdopen tot Amsterdamsche Tramharmonie.
In de oorlog heeft de Tramharmonie het moeilijk gehad. Op 5 mei kan de Tramharmonie dan ook niet wachten om de uniformen aan te trekken, de instrumenten uit de koffer te halen en de straat op te trekken. Hun Wilhelmus klinkt dan door Amsterdam.
Bij het 60-jarig bestaan werd een concert gegeven met niemand minder dan Willy en Willeke Alberti. Het 110-jarig bestaan van de Tramharmonie werd gevierd met de grootste productie die het orkest ooit gekend heeft; voor een uitverkocht theater Carré keek de Tramharmonie terug op haar eigen geschiedenis en die van de Amsterdamse muziek. Met medewerking van vele gastartiesten, waaronder natuurlijk Willeke Alberti. De tramharmonie is anno nu uitgegroeid tot een eigentijdse muziekvereniging ‘met ballen’, zoals ze zelf zeggen.
Bronnen:
Archief Stadsherstel
Stadsarchief Amsterdam
Delpher
Tramharmonie.nl
Aan dit project hebben meegewerkt:
Restauratiearchitect: André van Stigt
Restauratieaannemer: Bouwcombinatie Strukton de Nijs
Dit project is mede mogelijk gemaakt door:
De Vrienden van Stadsherstel