Van de nijlpaarden
die de trein namen

H

Hoogte Kadijk 64

Hoogte Kadijk 64, Amsterdam

Halverwege de 19e eeuw biedt een bewoner van dit adres pelstenen aan, waarschijnlijk afkomstig van de stoomrijstpelmolen aan de overzijde van het Entrepotdok. Na de sluiting werd de pelmolen een fraai staaltje herbestemming avant la lettre. Maar hoe passen die nijlpaarden precies in dit verhaal?

Ca. 1730
Bouw
1992
Restauratie
1995
Stadsherstel eigenaar
Nu
Woningen
Pelmolen
Het kaf van de rijstkorrel

De Plantage aan de overzijde van het water

Uit de krantenarchieven weten we dat tenminste tussen 1854 en 1860 D. de Jong woonde in dit pand, dat dan nog het adres Kadijk U599 heeft. D. de Jong zet zich in voor een hulpbehoevend gezin en biedt ‘pelsteenen’ aan in verband met opruiming van de aan de overzijde van het Entrepotdok gelegen Plantagie.

In die periode is de Plantagebuurt volop in ontwikkeling als woonwijk. Niet lang daarvoor, in 1838 is het Koninklijk Zoölogisch Genootschap ‘Natura Artis Magistra’ geopend. En in 1868 neemt de dierentuin een nieuw verblijf in gebruik als nijlpaardenhuis: de voormalige stoomrijstpelmolen Java en Carolina. Zover bekend de enige pelmolen in de Plantage, dus het is zeer goed mogelijk dat de pelstenen van De Jong hier vandaan kwamen.

Pelstenen, meest gemaakt van Engelse zandsteen, worden gebruikt in pelmolens, een type molen waarin gerst tot gort (en later rijst) gepeld werd; het kaf van de graan- of rijstkorrel gescheiden. Een traditionele pelmolen heeft veel wind nodig, maar vanaf de 2e helft van de 19e eeuw kwamen er stoomfabrieken die de uit de koloniën afkomstige rijst konden verwerken. Lang zijn zij niet in bedrijf geweest, onder meer door buitenlandse concurrentie. In Amsterdam was in 1965 nog één Amsterdamse pellerij. Onbekend is of dit de destijds bekende pellerij Java en Carolina van G. Ochsner was, maar hoe het ook zij: ook deze kwam in financiële problemen en werd verkocht.

Artis
Hippopotamus Railway

Een gewichtig treinreisje van 200 meter

De drie vijvers binnen Artis herinneren aan het in 1866 gedempte deel van de Nieuwe Prinsengracht. Zou men daarvoor gebruik hebben gemaakt van de rijstdoppen, die hier vlakbij – in elk geval tot voor kort – vrij letterlijk voor het oprapen lagen, en gratis bovendien? Volgens een advertentie van Java en Carolina zijn de doppen namelijk zeer geschikt voor het dempen van sloten en het ophogen van grond.

Al in 1860 kwam Artis in bezit van een jeugdig nijlpaardenpaartje en het is daarmee de oudste nijlpaardenfokkerij. De oorspronkelijke gegadigde, de keizer van Oostenrijk, had iets anders aan zijn hoofd: een dure oorlog en het verlies van Lombardije. En zo werden Herman en Marquetta oftewel Betsy voor het ‘luttele’ bedrag van ƒ 12.600,- door Artis gekocht van de Duitse dierenhandelaar Lorenz Casanova. Bijna de helft van de oorspronkelijke vraagprijs en op afbetaling.

Toen het rap uitdijende stel uit de tijdelijke behuizing groeide werd in 1867 de voormalige pelmolen aan de Plantage Doklaan verworven en verbouwd. Daarna restte nog ‘slechts’ de verhuizing van de zwaargewichten. Hiertoe werd een spoorlijntje aangelegd om de afstand van ongeveer 200 meter tussen de twee verblijven te kunnen overbruggen: de Hippopotamus Railway. Een muur werd weggebroken en een speciaal gebouwde wagon werd voor het oude verblijf gereden. Hermanus liep terstond naar binnen. Betsy liet drie dagen op zich wachten.

Ondanks een bominslag in 1941 bleef het gebouw dienstdoen tot 1963 toen het verblijf werd afgebroken en vervangen door nieuwbouw.

Winkelhuis
Hoogte van den Kadijk

Het hoeden- en pettenmagazijn van Colenbrander

Afgezien van de verkoop van pelstenen is niet bekend wat De Jong voor de kost deed. In 1878 zat er het hoeden- en pettenmagazijn van W. Colenbrander. Andere krantenberichten gaan over het blussen van kleine binnenbranden in 1894 en 1915, het aantrekken van personeel zoals een strijkster in 1921 en het aanbieden van woonruimte voor een commensaal, of: kostganger.

Het huis aan de ‘Hoogte van den Kadijk 64’, groot 59 Centiaren en met afzonderlijk verhuurde pakkelder en drie bovenhuizen, open plaats en erve wordt meerdere keren geveild. Zo koopt B. Koopman het in 1881 voor ƒ 9850,-. In 1890 erft een minderjarige zoon vier percelen van zijn vader, waaronder Hoogte Kadijk 64. Te lezen valt dat “gezegde perceelen zich in dusdanigen toestand bevinden, dat zij voor een behoorlijke verhuring groote reparatiën en verbeteringen behoeven”. Samen met het pand aan de Elandsgracht wordt dit pand te koop aangeboden; na een bod van ƒ 7450,- voor nummer 64 wordt de veiling opgehouden. In 1896 wordt het winkelhuis voor ƒ5,50 verhuurd en in 1915 betaalt makelaar J.G.G. Jörning ƒ 4100,- bij een veiling.

Rol van Stadsherstel
Oudste huizen op Kadijkseiland

De restauratie van de pakhuizen aan het Entrepotdok in de jaren ‘80 was de aanjager om het gehele Kadijkseiland op te knappen. In 1991 begonnen wij met het tweede cluster, bestaande uit Hoogte Kadijk 16, 18, 50, 52, 62, 64, 74, 76 en Tussen Kadijken 1, 3 en 5 (oude nummering). Hoogte Kadijk 62 en 64 zijn twee vrijwel identieke, gespiegelde huizen en behoren tot de oudste woonhuizen op het Kadijkseiland. Veel huizen op dit deel van de Hoogte Kadijk hebben hun oorspronkelijke gevelbeeld behouden met hun karakteristieke halsgevels met gebeeldhouwde vleugelstukken en segmentvormige frontons. Bij aankoop verkeerden ze in een middelmatige tot zeer slechte staat.

In een bouwvallig achterhuisje van drie lagen bevonden zich de keukens en badkamers. Bij de restauratie heeft dit plaatsgemaakt voor een tuin van de vierkamerwoning die over de breedte van beide huizen op de beletage is gekomen.

De panden waren elk nog geen 3,50 meter breed, zodat er gekozen is om ze samen te voegen waardoor er vier woningen in pasten met de ingang via nummer 62 (huisnummer 64 is daarbij vervallen). Van de oorspronkelijke indeling van de woningen was in de loop der tijd weinig bewaard gebleven. De souterrains werden overal als opslagruimte gebruikt toen Stadsherstel de panden in handen kreeg. De bovenverdiepingen waren via steile steektrappen bereikbaar.

Meer informatie

Bronnen:
Archief Stadsherstel
De ontwikkeling van het Kadijkseiland, 1999, Amsterdamse Maatschappij tot Stadsherstel, Barbara M. Luigies
Delpher
Joods Monument
Stadsarchief Amsterdam
Zaanwiki

Aan dit project hebben meegewerkt:
Restauratiearchitect: Henk Eissens
Restauratieaannemer: Vink Bouw BV
Constructeur: ing. A.T. Brands

Cookie toestemming
Wij gebruiken cookies om uw gebruikerservaring te optimaliseren en het webverkeer te analyseren. De analytische cookies zijn volledig geanonimiseerd en worden niet gedeeld. Lees meer over hoe wij cookies gebruiken. Als u akkoord gaat met ons gebruik van cookies, klikt u op "Ok, ik wil verder".
instellingen
Functionele cookies: deze cookies zijn nodig voor een goed werkende website
Analytische cookies: deze cookies worden gebruikt om statistieken van de website bij te houden. De analytische cookies zijn volledig geanonimiseerd en worden niet gedeeld. Tevens wordt het laatste octet van het IP-adres automatisch gemaskeerd.