Rijcklof van Goensschool
Zeeburgerdijk 54, AmsterdamToen wij in 1997 het complex gemaal Zeeburg overnamen, bestond dit uit een functionerend gemaal, een dienstwoning en een kantoorgebouw. Dit ‘kantoor’ werd echter oorspronkelijk gebouwd als school. Wij brachten de schoolfunctie terug, dit Berlagiaanse pand vormt nu het decor voor theateropleidingen en kookcursussen.
Het nieuwe schoolgebouw wordt tijdelijk militair onderkomen
De Zeeburgerdijk, vernoemd naar de 17e-eeuwse vesting Seeburg, is onderdeel van de oude dijk langs de Zuiderzee die Amsterdam met Muiden verbond. Vanaf het eind van de 19e eeuw raakt het gebied aan en rond de dijk – het Oostelijk Havengebied, de Dapperbuurt en Indische Buurt – bebouwd. Het gaat hier veelal om woningbouw voor arbeiders, vanuit een sociaaldemocratische gedachte. Zo wordt in 1913 ingestemd met het bouwplan voor de ‘Berlageblokken’, kleine en eenvoudige arbeiderswoningen die met een huur van ƒ 1,80 tot ƒ 2,50 per week bestemd zijn voor de laagste inkomens.
Ook in 1913 worden door de Dienst Publieke Werken op nummers 52 en 54 een gemaal en een openbare school in de trant van Berlage gebouwd. Niet lang nadat de Rijcklof van Goensschool in gebruik is genomen neemt de oorlogsdreiging toe en in de 2e helft van 1914 besluit de regering tot algehele mobilisatie. De legerkazernes zijn niet berekend op dergelijke massale aantallen, dus moet alternatieve huisvesting gezocht worden voor de vele dienstplichtigen. Behalve particuliere woningen worden ook gebouwen in de stad gevorderd: kerken, loodsen, het Paleis voor Volksvlijt en ook onze nieuwe Rijcklof van Goensschool worden tijdelijk omgetoverd tot militair onderkomen.
Carduustechniek van de bekende plateelfabriek De Distel
Een tegeltableau op de voorgevel van het gebouw met de tekst ‘Openbare School voor Uitgebreid Lager Onderwijs der 1e klasse – Anno 1913’ herinnert aan de tijd dat basisscholen nog waren onderverdeeld in vier klassen. Waarbij de 1e klasse scholen gratis onderwijs boden en dus voornamelijk arbeiderskinderen in het leerlingenbestand hadden. Voor de 2e klasse scholen moest een klein bedrag aan schoolgeld worden betaald, en dit liep verder op bij scholen van respectievelijk de 3e en 4e klasse.
Het tableau, bestaand uit drie panelen in Jugendstil met een omlijsting van vlinders en bloemen als natuurlijke elementen, heeft de tand des tijds behoorlijk goed doorstaan. Het is afkomstig uit plateelbakkerij De Distel, een bekende Amsterdamse aardewerkfabriek waarvan de lettertableaus de ingangen van veel schoolgebouwen in Amsterdam hebben gesierd.
Destijds was Willem van Norden artistiek leider van de fabriek. Hij ontwikkelde in 1909 de carduustechniek, een op de Spaans/ Moorse cuerda seca gebaseerde decoratietechniek die het door elkaar vloeien van verschillende kleuren glazuur tijdens het bakken voorkomt door de contouren van de voorstelling in het nog vochtige aardewerk te stempelen of uit te krassen. Ook dit tableau is uitgevoerd in carduustegels en voorzien van een signatuur rechts onderaan.
“Soms moesten we voor straf koper poetsen in het gemaal naast de school”
Gedurende de daaropvolgende jaren, afgezien van een periode tijdens de Tweede Wereldoorlog waarin Duitsers de school bezetten, doet het gebouw daadwerkelijk dienst als school. Eerst onder oorspronkelijke naam, en na een verbouwing vanaf 1970 als 8e montessori ‘de Acht Mussen’.
Een enkele nare herinnering daargelaten (aan straffen: “Soms moesten we voor straf koper poetsen in het gemaal dat naast de school stond”, aan een juf: “Ze had 3 knotjes op haar hoofd en sloeg met een stokje hard op je vingers” of een andere juf: “Ik werd voor de klas als schuldige neergezet en moest de hele middag in de hoek staan.”) zijn er ook veel leuke anecdotes van oud-leerlingen.
Zoals: bij de traktaties voor de leerkrachten gingen bij het rondgaan door de jarige niet alleen koekjes en chocolaatjes mee, maar ook een glaasje met sigaretten (nu ondenkbaar). Achter bij het pompgemaal was een afgelegen plekje waar geheimzinnige dingen schenen te gebeuren. En na schooltijd direct voetballen tot er voor het eten werd geroepen, wat tegen die tijd dan vaak al koud was.
Van Goens schopt het tot kampioen
Één naam komt telkens terug in de herinneringen. Meester Crabbendam met zijn plusfour, die stiekem pepermuntjes snoepte tijdens de les. Behalve leerkracht was Enno Crabbendam ook KNVB-scheidsrechter op hoog niveau. In 1929 nam hij het initiatief om schoolwedstrijden te organiseren en hij wordt dan ook gezien als de grondlegger van het schoolvoetbal.
En dat enthousiasme bracht hij over op zijn leerlingen; in 1953 brengt hij de Rijcklof van Goensschool naar de overwinning, een memorabel moment en de jongens werden natuurlijk als helden onthaald: “In de buurt konden wij niet meer stuk.”
Ver weg in Indonesië leest ene heer Harinck over het kampioenschap. Zelf in zijn jongensjaren leerling van deze school geweest, heeft hij het inmiddels geschopt tot directeur van de Koninklijke Paketvaart-Maatschappij, een Amsterdamse rederij met een dienst op Nederlands-Indië.
Niet veel later in 1954 wordt het KPM-schip SS Van Goens voor sloop verkocht. Net als de school is dit stoomschip vernoemd naar Rijcklof Volckertsz. van Goens (1619-1682), die een bliksemcarrière bij de VOC maakte, als gouverneur van Ceylon en later gouverneur-generaal van de VOC.
De heer Harinck komt op het idee om de school namens de KPM de oude scheepsbel en het geschilderde portret van Van Goens dat jarenlang de salon van het schip gesierd heeft aan te bieden. Wat hiermee na het sluiten van de school gebeurd is, is helaas onbekend.
In 1987 neemt de dienst Riolering en Waterhuishouding (DRW) zijn intrek in het schoolgebouw en gebruikt het als kantoorruimte. Ook de naastgelegen dienstwoning van het gemaal wordt in gebruik genomen als kantoor. Het gehele complex gemaal Zeeburg, bestaande uit deze drie gebouwen, is in 1997 verworven door het Amsterdams Monumenten Fonds, dat in 1999 fuseerde met Stadsherstel en verderging onder de naam Stadsherstel Amsterdam. Waarbij het functionerende gemaal vanwege de bereikbaarheid eigendom bleef van Waternet, Stadsherstel huurt de machinehal.
Het voormalige schoolgebouw bleef nog tot 2007 verhuurd als kantoorgebouw aan Raap Archeologisch Adviesbureau. In dat jaar is het pand in overleg met de huurder intern verbouwd, zodat het weer haar oorspronkelijke functie van schoolgebouw kon vervullen. Hierbij is klein achterstallig onderhoud uitgevoerd en zijn de lokalen teruggebracht door het verwijderen van diverse scheidingswanden. Ook werden plafonds en de keuken vernieuwd en zijn er klimaatverbeteringen doorgevoerd.
Tenslotte werden de in het verleden aangebrachte kunststof kozijnen die het pand ontsierden vervangen door houten kozijnen. Hierbij hebben we ons gebaseerd op de bouwtekening uit 1912. Het pand heeft nu weer de allure van schoolgebouw. Tegenwoordig kan men er terecht om de fijne kneepjes te leren van zowel het kook- als het theatervak.
Bronnen:
Archief Stadsherstel
Bronnenboek Indische Buurt, Rogier Schravendeel (2016)
De Uitlaat – personeelsorgaan van de n.v. Koninklijke Paketvaartmaatschappij (10e jaargang, no. 11, november 1955)
Delpher
Geheugen van Oost
Nostalgiekrant
ProportioDivina
Stadsarchief Amsterdam
Tegels En Tegeltableaus Van De Amsterdamse Plateelbakkerij “De Distel”, 1895-1925, Johan Kamermans, F. Stoffels (2000)