Tuindershuisje Flevopark
Flevopark 11, AmsterdamHet eerste deel van het Flevopark is in 1931 geopend. Daarbij was de bedenker van het park, natuurkenner Jac. P. Thijsse, aanwezig. Op de plek waar het park kwam waren toen al de zogenaamde Vissershuisje of Tuindershuisjes aanwezig. Deze zijn dus opgenomen in het ontwerp. Maar wat waren het nou voor huisjes?
Of dan toch huisjes behorende bij Tuinderij Van Papen?
In een schilderachtige hoek van het Flevopark ligt een steeds breder wordende ontwateringssloot van het poldergemaal (Flevogemaal) van de Overamstelsche Polder. Op de plek waar eerst een molen stond is ons Flevogemaal gekomen. Aan deze sloot richting het Nieuwe Diep staan drie houten huisjes en een schuur. Ze zijn gebouwd in een chaletachtige stijl en worden soms tuindershuisjes en soms vissershuisjes genoemd. Er wordt ook gezegd dat ze omstreeks 1905 gebouwd zijn, soms 1885, en oorspronkelijk deel uitmaakten van de tuinderij Van Papen. Van de drie voorgaande beweringen hebben wij tot nog toe geen bewijs kunnen vinden. Tenminste niet dat het helemaal waar is maar misschien wel een beetje.
Dat de huisjes visserswoningen zijn geweest wordt misschien wel gedacht doordat de huisjes aan het water liggen en er bootjes aangemeerd lagen. Maar vissers die in de huisjes woonden hebben we niet in het archief gevonden. Wel geven de bootjes een romantisch beeld. Het is ook een mooie en zeer verrassende plek in Amsterdam. Geen wonder dat Jacobus Pieter Thijsse deze plek al in 1908 uitzocht om er een park voor de bewoners van de Indische buurt te maken. Maar daar was niet iedereen het mee eens en toen er wel een ‘ja’ kwam van het stadsbestuur duurde het nog even voordat er daadwerkelijk een park aangelegd was.
Jac. P. Thijsse nam het initiatief
Initiatiefnemer van het park was Jac. P. Thijsse, belangrijk natuurbeschermer en schrijver van talrijke natuurboeken. Hij was een groot voorstander van de aanleg van parken voor de groeiende bevolking van Amsterdam en dit park aan de oostzijde van de stad moest ontspanning en recreatie bieden aan de bewoners uit de buurt.
In 1928 werd met de eigenlijke aanleg van het park begonnen. In totaal werden 60.840 m2 beplanting, 145.240 m2 gazons en 25.500 m2 verharde wegen aangebracht. Op 20 september 1931 werd het eerste gedeelte van het Zuiderzeepark, de naam werd later in Flevopark veranderd, officieel geopend. Dit gebeurde door wethouder Publieke Werken De Miranda en in aanwezigheid van Jac.P.Thijsse. In die jaren met zijn grote werkloosheid gold de aanleg van dit park als werkloosheidsproject. Eind jaren dertig werd het park voltooid.
Het park werd aangelegd tussen de Hoogduits-Joodse begraafplaats en het Nieuwe Diep. Thijsse voorspelde dat de begraafplaats als buffer zou dienen om het geluid en de drukte van de stad op afstand te houden. Daarmee zou het park een rijke flora en fauna krijgen. En zo geschiedde. Het Flevopark kent een strakker ontwerp dan de parken die eind 19e eeuw in de stad werden aangelegd.
Vader, schoonvader en Heinrich hadden hetzelfde beroep
De huisjes stonden vanaf 1899 of daarvoor al op deze plek, want dan komen we de eerste bewoners tegen. De huisjes waren er dus al voordat het plan van het park ontstond en zijn opgenomen in het park-ontwerp. Op een tekening uit 1813 is te zien dat hier toen ook al soortgelijke huisjes stonden.
Heinrich Johan Pape geboren op 17 februari 1869 in Amsterdam is de eerste bewoner van het huisje aan de Ringsloot 11 in watergraafsmeer. Later veranderde het adres in Flevopark 11. Heinrich is enig kind van Johan Heinrich Pape (1833-1920) en Alida Lunstroo (11-11-1833 Watergraafsmeer – 1931). Als Heinrich in 1895 trouwt staat in de trouwakte als beroep van zijn vader, schoonvader en van hemzelf Warmoezier aangegeven. Een warmoezenier is een groentekweker voor de verkoop. De naam is afgeleid van het oude woord ‘warmoes’, dat groenten betekent. Eigenlijk is het een samentrekking met het woord hovenier, dat we nu nog kennen als medewerker van groenvoorzieningen.
Heinrich trouwt met Aaltje Mus (27-03-1874 Watergraafsmeer – 14-03-1946). In 1899, het jaar dat hun derde kind geboren wordt, verhuizen ze naar Ringsloot nummer 11 huis. Als beroep wordt dan aangegeven dat hij tuindersknecht is. Maar in 1925 als zijn dochter trouwt wordt er ‘zonder beroep’ aangegeven.
Afgekeurd voor militaire dienst: te klein bevonden
De eerste zoon van Heinrich en Aaltje, Johan Heinrich is geboren in 1896. Hij trouwt net als zijn vader met een Mus. En de geschiedenis herhaalt zich ook op een ander vlak want hij, zijn schoonvader en vader hebben ten tijde van zijn trouwen ook hetzelfde beroep: tuinder.
De tweede zoon van Heinrich en Aaltje, Herman Hendrik, wordt geboren op 27-08-1897. In 1916 wordt hij afgekeurd voor militaire dienst, hij wordt te klein bevonden. Op dat moment geeft hij aan geen beroep te hebben.
Heinrich overlijdt op 08-04-1943; zijn vrouw een paar jaar later. Hun zoon Herman blijft vanaf de verhuizing in 1899 tot zijn overlijden op 27 augustus 1967 in het ouderlijk huis op nummer 11 wonen.
Op 1 april 1963 kreeg Herman als buren grafisch ontwerper Jan Bons en zijn vrouw Noor met zoon Joël. Jan Bons ontwierp o.a. de beroemde affiches van Toneelgroep de Appel. Na het overlijden van Herman in 1967 huurden ze nummer 11 erbij.
Wij werden in 2007 eigenaar van de vier huisjes en het Flevogemaal dankzij het winnende plan van een prijsvraag. De prijsvraag was uitgeschreven door het stadsdeel Zeeburg die meer reuring wilde rondom het Flevogemaal. Er werd een plan gevraagd om het Flevogemaal te herbestemmen met respect voor de monumentale onderdelen, maar ook moesten de indieners van de prijsvraag een toekomstvisie voor de ’tuindershuisjes’ geven. Daar woonde toen de op leeftijd zijnde graficus Jan Bons met zijn vrouw. De bedoeling was dat ze er beiden zouden kunnen blijven wonen tot hun overlijden.
In 2011 zijn de huisjes gerestaureerd. Na het overlijden van Jan in 2012 ging zoon Joël Bons er wonen. Hij maakte een plan om de tuin meer openbaar te maken. En een paar jaar geleden heeft zijn dochter Chiva het stokje weer van haar vader overgenomen, waardoor er nu drie generaties Bons gewoond hebben in de huisjes. De vier huisjes worden nu bewoond door een woongroep die een deel van de tuin cultureel exploiteert. Zo organiseren ze vanuit de stichting Het Park culturele activiteiten als muziek en theater en met het 90-jarig bestaan van het park organiseren ze in samenwerking met de Vrienden van het Flevopark onder andere een brandnetelworkshop. Op hun Facebookaccount leest u meer over Het Park.
Bronnen:
Groenbewuste Amsterdammer – Jaargang 36 – Winter 2016
Vrienden van het Flevopark
Archief Stadsherstel
Stadsarchief Amsterdam
Delpher
Aan dit project hebben meegewerkt:
Restauratiearchitect: Rappange & partners
Restauratieaannemer: Selie
Schuur: Louman aannemer- en timmerbebedrijf