Burgemeester P. PH. Paulplantsoen 11
Burgemeester P. PH. Paulplantsoen 11, Broek in WaterlandToen wij in 2020 eigenaar werden van een ouden van dagen hof bestaande uit twaalf woningen, zijn wij één voor één begonnen met de renovatie daarvan. Het complex dat gesloopt zou worden is nu gemeentelijk monument. Voor zowel de bewoners als de vele toeristen die jaarlijks een bezoekje aan Broek in Waterland brengen vormt het de entree naar het centrum. Een van de bekendste bezoekers is wel keizer Napoleon, al was dit ruim voor de bouw van dit plantsoen.
Deze woning aan het P.Ph Paulplantsoen behoort tot een hof met de nummers 1 t/m 12. Bekijk hier het verhaal over dit hof.
Toeristen kwamen aan in de vreemdelingenboot
Al in de 18e en 19e eeuw was Broek in Waterland een zeer geliefd oord voor buitenlandse toeristen, die aankwamen in de zogenaamde ‘vreemdelingenboot’. Het was een soort Madurodam van de 18e en 19e eeuw, waar je met een kort bezoek een indruk kreeg van Nederland in het klein. Hoewel de grootste periode van welvaart inmiddels voorbij was, bestond een deel van de bevolking uit kooplieden waarvan de families in de 17e en 18e eeuw zeer vermogend waren geworden.
Van deze bezoekjes zijn veel verslagen op schrift gesteld, en zo weten we dat de reizigers zich niet alleen vergaapten aan het pittoreske dorpsgezicht met de vele fraaie pastelkleurige houten huizen en de prachtige siertuinen met Oriëntaals aandoende prieeltjes en bruggetjes, maar zich ook verbaasden over de befaamde ‘Broeker properheid’. Zo staat in een van de reisverslagen, door de Italiaan De Amicis: “zelfs de spijkers aan de muur glommen!”. De poetswoede van het vrouwelijk deel van de bevolking zorgde ervoor dat Broek wel het ‘rijkste en schoonste dorp van Holland’ werd genoemd.
Onder de toeristen waren vele beroemdheden. In 1814 bijvoorbeeld nemen de kersverse koning Willem I en zijn ‘vorstelijke famielje’ de Russische tsaar Alexander I mee naar het dorp. En 3 jaar eerder had keizer Napoleon er nog een bezoek gebracht.
Ook keizer Napoleon moest zijn schoenen uittrekken
Nederland maakte sinds 1810 deel uit van het Franse keizerrijk en Napoleon verbleef in 1811 een maand lang in Nederland met zijn echtgenote Marie Louise. Amsterdam gebruikte hij als uitvalsbasis voor zijn korte reizen door de provincie. Daarbij maakte hij ook een uitstapje naar Broek in Waterland. Tijdens dit bezoek stonden er erebogen in het dorp en was er een juichstemming; de klok werd geluid en ook hingen er vlaggen op de kerk en het weeshuis, zo schrijft burgemeester Harmen Janz. Bakker (1754-1821).
Volgens de overlevering moest ook de keizer zich voegen naar het gebruik van de Broeker vrouwen, die eisten dat de schoenen werden uitgetrokken bij het betreden van de woning. Volgens een andere anekdote liet de meid van de burgemeester haar werkgever en de hooggeëerde gast op de stoep wachten tot de juist door haar gedweilde gang droog was.
Napoleon zou zijn echtgenote – die in Amsterdam was achtergebleven – in een brief aanraden om het schilderachtige dorpje ook te bezoeken. Die brief sluit hij af met “Geheel de jouwe, je NAP”. Nog dezelfde dag geeft de keizerin gehoor aan zijn suggestie. Één van de mooie huizen zou ze daarbij hebben betreden via de ‘porte fatale’ of dooddeur: de ceremoniële voordeur die slechts bij twee gelegenheden gebruikt wordt: “Dood en bruid gaan de voordeur uit”.
Een schouw ter controle of ieder zijn eigen straatje wel goed schoon hield
De Duitse kunstschilder Antoine-Ignace Melling (1763-1831) was in dienst van de keizer en leverde prenten van de keizerlijke departementen aan het ministerie van Buitenlandse Zaken. In 1812 legde hij ‘Gezicht op Broek’ vast en daaruit blijkt dat het dorp niet veel veranderd is sinds het onderdeel uitmaakte van het Keizerrijk. Op het schilderij staat een melkmeisje afgebeeld als symbool voor Broek als melkleverancier voor Amsterdam.
De eerder genoemde properheid van Broek kwam niet alleen spontaan vanuit de bevolking zelf, maar was ook het gevolg van een verordening door het gemeentebestuur. Zo had iedere inwoner de plicht om de straat dat aan het erf grensde vrij te houden “van gras, vuilnis en morsigheid”. Onkruid werd gewied, de straat werd geboend met water en ingeveegd met fijn wit zand. Met een zogenaamde ‘stratenschouw’ door het bevoegd gezag werd gecontroleerd of dit daadwerkelijk gebeurde. In 1954, het bouwjaar van ons hof, werd deze verordening op het straatwieden afgeschaft.
In 2020 werden wij eigenaar van dit wederopbouw hof – ons eerste bezit in Broek in Waterland – waarvoor de sloopplannen al klaarlagen. De lopende huurcontracten zijn overgenomen, met behoud van de voorwaarden. Bij huurderswisselingen wordt de betreffende woning direct in zijn geheel aangepakt, waarbij we steeds leren van elke voorgaande woning. Hierbij worden een douche onder het dak, een nieuwe keuken en een vaste trap naar de slaapkamer op de zolder geplaatst. Daarnaast wordt geïnvesteerd in isolatie en wordt cv aangelegd.
Ook de woning op nummer 11 is inmiddels gemoderniseerd en verduurzaamd met energielabel A als resultaat. Net als alle opgeleverde woningen ná de eerste (model)woning, die energielabel B kreeg. Dit toont aan dat ook het isoleren en renoveren van kleine woningen als deze mogelijk is met een uitstekend resultaat. De woningen zijn weer helemaal toekomstbestendig.
En zowel Stadsherstel als de huurders zijn erg blij dat dit bijzondere hofje bewaard is gebleven.
Vrienden bedankt
De Vrienden van Stadsherstel hebben bijdragen aan de aankoop en het opknappen van het hofje. De woningen blijven, in ieder geval 25 jaar, sociaal verhuurd. Ook dit kan mede gerealiseerd worden dankzij een bijdrage van onze Vriendenvereniging.
Wilt u ook bijdragen aan dit soort mooie projecten?
Bronnen:
Archief Stadsherstel
Oneindig Noord-Holland
Vertelcultuur in Waterland, De volksverhalen uit de collectie Bakker in hun context (ca. 1900), Theo Meder, 2001
Aan dit project hebben meegewerkt:
Aannemersbedrijf Stahlie
Bouwbureau Stadsherstel
Dit project is mede mogelijk gemaakt door:
De Vrienden van Stadsherstel