Kloveniersburgwal 6
Kloveniersburgwal 6, AmsterdamOp de plek van een oud kloosterterrein kwam dit huisje te staan, met de aartsvader Abraham in de top. Toen wij het kochten was het onbewoonbaar verklaard, maar het werd desondanks bewoond. Wij maakten er drie driekamerwoningen en een horecagelegenheid van.
Sint Maria Magdalena in Betaniën
Eind 15e eeuw werd de Kloveniersburgwal uitgegraven, als onderdeel van de Stedegracht van Amsterdam, verder bestaande uit de Geldersekade en het Singel. Daarmee kwam er een grens tussen de centrale stad en het daaromheen liggende polderlandschap, toen nog grotendeels onbevolkt. De gracht loopt van de Sint Antoniespoort, tegenwoordig de Waag, naar het zuiden, waar hij uitkomt op de Amstel.
De Kloveniersburgwal vormde de grens van de derde stadsuitbreiding, die omstreeks 1425 is gerealiseerd, waarbij aan de stadzijde een muur kwam te staan. De oostzijde van de Kloveniersburgwal was vanaf 1480 het einde van de middeleeuwse stadsmuur.
De burgwal dankt haar naam aan een onderdeel van de schutterij dat ‘kloveniers’ werd genoemd, naar het geweer dat de manschappen gebruikten. In het Frans heette dit geweer couleuvrine. (Een veldslang, culverin of clover was een eenvoudige voorganger van het musket.)
Niet ver van de Antoniespoort lag het klooster van Sint Maria Magdalena in Betaniën. Dit vrouwenklooster werd bij de Alteratie in 1578 in beslag genomen; op het terrein werden huizen neergezet. Door het verdwijnen van de stadsmuur aan het einde van de 16e eeuw werden deze huizen door hun verbeterde ligging zeer aantrekkelijk. In een akte uit 1622 staat omschreven dat aan het huis ‘de stadt Essen’ uitgehangen had.
De aartsvaders Jacob, Abraham en Isaac
Honderd jaar later kwamen er twee huizen bij de Nieuwmarkt, waarvan het zuidelijke ‘de gestofferde Luyermand’ had uitgehangen en het noordelijke ‘de stadt Essen’, in het bezit van Jan Hoetmar (1643-1721). Hij ging er met zijn gezin wonen. Daar was niet alles pais en vree, want Hoetmar leefde in onmin met zijn enige zoon. Daarom had hij vlak voor zijn dood zijn enige dochter tot universeel erfgenaam gemaakt.
In 1722 werden beide huizen afgebroken en door drie hoge panden vervangen, die de namen van de aartsvaders kregen; Jacob nummer 4, Abraham nummer 6 en Isaac nummer 8. Hun afbeeldingen staan in de afdekking van de halsgevels uitgehouwen. Jacob vinden wij daar niet meer terug, omdat dit pand in 1877 totaal werd verbouwd. De gevel moet oorspronkelijk gelijk aan de twee overgebleven huizen zijn geweest.
Hoogbejaard zorgde hij voor nageslacht
Abraham wordt ook wel de aartsvader genoemd van de joden, christenen en moslims. Hij is de vader van Isaak (de 2e aartsvader) en de grootvader van Jacob (de 3e aartsvader).
Oorspronkelijk komt Abraham uit Ur, in het huidige Irak. God vertelde hem dat hij zijn land moest verlaten en beloofde een nieuw land. Dat Beloofde Land is ongeveer waar nu Israël ligt. Daar zou Abraham gezegend worden en een groot nageslacht krijgen. Abraham was getrouwd met Sara, maar zij kon geen kinderen krijgen, waardoor Abraham voor nageslacht moest zorgen met Hagar, een Egyptische slavin. Toen Sara en Abraham al bejaard waren, kregen ze toch een zoon, Isaak.
Toen Isaak nog klein was, wou God testen of Abraham wel echt in hem geloofde. Abraham moest Isaak van God doden op de huidige tempelberg, in het centrum van Jeruzalem. Juist toen Abraham zijn zoon wou doden kwam er een engel om Abraham te stoppen. In de plaats van Isaak werd een lam dat toevallig in de buurt was, geofferd. Dit offer is voor moslims de basis voor hun belangrijkste feest: het Offerfeest. Ieder jaar herdenken ze het offer van Abraham en slachten ze een schaap. Voor christenen verwijst het offer naar het offer dat Jezus Christus heeft gebracht met de kruisiging.
Langs dit monument gaat de Vriendenwandeling van 2017, ‘Gevelstenen in Mokum’. U kunt de wandeling gratis downloaden en wandelen.
Bediendekamer boven de keuken
De indeling van het pand op nummer 6 en het pand op nummer 8 zijn vrijwel gelijk. Het onderhuis was meteen bereikbaar vanaf de straat en niet verbonden met de bel-etage. Deze kon dus apart verhuurd worden. Het ruime voorhuis van de belétage was als winkel bedoeld. In 1742 heeft Wessel van Cleef op nummer 6 een kantwinkel. Op nummer 8 zit dan een zilversmid en op nummer 4 een stoffen- en sitsenwinkel. In de jaren tien van de vorige eeuw was op nummer 6 een zaak gevestigd in tweedehands kleding. Uitbater Verzandvoort betaalde volgens eigen zeggen in een advertentie ‘Veel geld voor net gedragen heerenkleding’. In 1914 heeft mejuffrouw Haverkamp er een handeltje in gedragen dameskleding. In de jaren twintig en dertig was er de lunchroom nv van Gelder gevestigd, in de jaren vijftig gevolgd door het bedrijf van Emile Franken Textiel engros en in de jaren zestig kreeg het pand een horecabestemming.
Origineel hoorde bij de hoofdverdieping ook de binnenhaard met schouw, de keuken in het achterhuis met een schouw tegen de achterwand en een spoelkeuken in het souterrain. Met het spiltrapje in de keuken kon men in het kamertje boven de keuken komen. Dat kamertje zal de functie van bediendekamer hebben gehad. De bovenhuizen en zolder waren bereikbaar met een steile trap en een spiltrap.
Het rijksmonument met de 18e eeuwse halsgevel was onbewoonbaar verklaard toen wij het aankochten, maar werd desondanks bewoond. In 1980 maakten wij er drie driekamerwoningen en een horecagelegenheid van.
Onze 1e huurder van het horecagedeelte was een restaurant. Van 1992 tot 2002 zat hier het ‘brouwhuis Maximiliaan’. In 2003 nam de Beiaard Groep Nederland de zaak over. En in 2004 werd de Amsterdamsche Stoombierbrouwerij ‘De Bekeerde Suster’ hier officieel geopend. Naast de eigen gebrouwen biertjes zijn hier ook gerechten met bier op de menukaart te vinden zoals: Suster’s bierbrood met Blonde Barbierboter, Trappistenkaas met crackers en de Fish & chips van heek in
Blonde Barbier beslag met frieten en ravigotesaus. www.debekeerdesuster.nl
Bronnen:
Wikikids
Het Bethaniënblok van Amsterdam
Archief Stadsherstel
Stadsarchief Amsterdam
Delpher
Aan dit project hebben meegewerkt:
Restauratiearchitect: H.F. Rappange
Restauratieaannemer: J. Kneppers