Z
Zonneplein 30a, AmsterdamMidden in de oude volkswijk Tuindorp-Oostzaan staat een architecturale verrassing in Amsterdamse School stijl. Een tijdscapsule waar je binnenloopt in de jaren ’30. Stadsherstel verhuurt dit gebouw als eventlocatie en behoudt de oorspronkelijke functie als ontmoetingsplek voor de buurt. Vanaf haar oprichting in 2009 huisvestte de Peter Faber Stichting vijf jaar in de linkervleugel van ’t Zonnehuis, ook wel de Blauwe Zaal genoemd.
’t Zonnehuis is in 1932 opgericht naar ontwerp van de architect J.H. Mulder als ontmoetingsplek voor de arbeiders uit de buurt. Een groot deel van de twintigste eeuw ontmoetten arbeiders van de Nederlandsche Dok en Scheepsbouw Maatschappij (NDSM) elkaar hier voor ontspanning. Het gebouw is daardoor onlosmakelijk verbonden aan de historie van Amsterdam-Noord. De bouw vond plaats tijdens de financiële crisis en dat is een andere reden waarom het gebouw zo’n belangrijke historische rol heeft gespeeld. De bouw zorgde namelijk voor banen en inkomens voor de vele werkeloze arbeiders in die periode.
Vanaf haar oprichting in 2009 huisde de Peter Faber Stichting vijf jaar in de linkervleugel van ‘t Zonnehuis. ’t Zonnehuis was niet onbekend bij hem. Peter groeide op in Tuindorp Oostzaan en dit was onder andere de bioscoop uit zijn jeugd. In het pand werd namelijk van 1949 tot 1975 een buurtbioscoop geëxploiteerd. Dit is ook is dit de plek waar Faber op 16-jarige leeftijd zijn carrière begon in de Midzomernachtdroom van Shakespeare.
Peter Faber kreeg zelf op school de historische woorden te horen:
“Faber, jij komt uit Amsterdam Noord, en uit Amsterdam Noord is nog nooit iets goeds vandaan gekomen. In Noord stonden vroeger de galgen Faber, en die stonden daar niet voor niks. Faber, jij bent niks, jij kan niks en jij wordt niks!”
Met de Peter Faber Stichting wilde Peter Faber jongeren in Amsterdam-Noord iets geven wat hij als opgroeiende jongen in Noord zelf heeft gemist. Door aandacht te besteden aan “trots, zelfvertrouwen en de ontdekking dat je meer kunt dan je denkt”.
Het doel van deze stichting past goed bij de doelstelling van Stadsherstel. Sinds een aantal jaren programmeert Stadsherstel hier verschillende activiteiten voor kinderen, zoals de interactieve familieconcerten van SoWhat en sinds 2019 de jeugdtheaterreeks ’t Zonnehuis op z’n kop, dat Stadsherstel samen organiseert met één van haar aandeelhouders, de Janivo stichting.
Ontmoetingsplek voor NDSM arbeiders
Tuindorp Oostzaan is één van de tuindorpen die tussen de twee Wereldoorlogen werd ontwikkeld om een tegenwicht te bieden aan de verpauperde volksbuurten in de binnenstad van Amsterdam. Bovendien wilde men de groeiende groep arbeiders van de nieuwe industrieën en scheepsbouw aan de noordoevers van het IJ dichtbij hun werk huisvesten, om te voorkomen dat een dure oeververbinding tussen de binnenstad en Amsterdam-Noord nodig zou zijn. We hebben de tuindorpen te danken aan de vooruitstrevende wethouders Floor Wibaut en Monne de Miranda, en de dadendrang van de directeur van de Gemeentelijke Woningdienst Amsterdam, Arie Keppler. Tuindorpen waren de trots van de Gemeentelijke Woningdienst Amsterdam.
Het stedenbouwkundig plan voor Tuindorp Oostzaan is gemaakt door architect B.T. Boeyinga en J.H. Mulder jr. (1888-1960). In 1924 was de arbeiderswijk compleet en bestond uit 1.324 woningen. Veel kostwinners uit de binnenstad die werkten op de scheepswerven zagen een verhuizing naar Amsterdam-Noord niet zitten. In het tuindorp kwamen daardoor veel arbeiders te wonen met een baan in de binnenstad. Door een uitbreiding, tien jaar later, kwamen er wel arbeiders van de scheepswerven en droogdokken te wonen in het tuindorp.
In het tuindorp werden ook faciliteiten voor de arbeiders ontworpen. De socialistische architect J. H. Mulder jr. was medeontwerper van het stedenbouwkundig plan van Tuindorp. Hij was werkzaam bij de Gemeentelijke Woningdienst en ontwierp ook ’t Zonnehuis.
Mulder ontwierp een prachtig monumentaal gebouw in Amsterdamse Schoolstijl. ’t Zonnehuis was bedoeld als verenigingsgebouw en ontmoetingsplek voor arbeiders uit de buurt. Een bloeiend verenigingsleven zou van belang zijn voor de opvoeding van de arbeidersklasse. Daarnaast zorgde de bouw ervan voor banen en inkomens voor de vele werkeloze arbeiders tijdens de wereldwijde economische crisis, De Grote Depressie, van 1929-1939. Mulder maakte van dit ‘sociale’ gebouw een evenwichtig ontwerp waarin een decoratieve detaillering de strakke vormentaal verlevendigt en verfraait.