Waarvan de eigenaresse
in Nederlands-Brazilië geboren werd

A

Amstel 266

Amstel 266, Amsterdam

Acht jaar nadat dit huis gebouwd is kocht Agneta van Keijssel het pand dat daarna 12 jaar in haar familie zou blijven. Agneta was in (toen) Nederlands-Brazilië geboren, het land waar haar grootouders en ook haar ouders hebben gewoond. Waren ze daar i.v.m. de handel in suiker? Dat zou best kunnen, want familieleden van beide kanten waren actief in de suikerindustrie in Amsterdam.

1670
Grond wordt verkocht
1674
Er staat een huis
1967
Gedeeld eigendom met Stichting Rotary
1969
Wederopbouw
Nu
Bedrijfsruimte en woningen
Het erf
Meesterhuistimmerman

Van moeder op zoon

In 1670 werd deze grond aan de Amstel (toen nog Binnen Amstel genoemd) uitgegeven door Burgemeesteren en Thesaurieëren van Amsterdam. De koper was Mattijs Janszn van Diemen, meester-huistimmerman, hij betaalde er f1620,– voor. Hij kocht in de buurt meerdere percelen. Hij liet er een huis op zetten, want als hij het perceel in 1674 weer verkoopt is het inclusief huis.

De nieuwe eigenaar is de grutter Jacob Jacobsz Verbent. In 1685 verkoopt diens zoon Adriaen het huis weer, hij erfde het van zijn vader. Jaco Jaersma is dan de nieuwe eigenaar. In 1688 gaat het huis over in de handen van Agneta van Keijssel, weduwe van Nicolaes Kerffbijl. Bij de boedelscheiding in 1697 erft haar zoon David Kerffbijl het huis, dat hij volgens de boeken in 1700 weer verkoopt.

De familie
Kerffbijl

Het was een kleintje en hij had de bijnaam Eendenhok

Agneta van Keijssel trouwde in 1669 te Amsterdam in de Nieuwe Kerk met Nicolaes Kerffbijl, van beroep verfverkoper. Nicolaes was gedoopt in Amsterdam in de Nieuwe Zijds kapel in 1649. Hij woonde aan de Binnen Amstel. In 1688 werd hij begraven in de Waalse kerk, bij avond, met fakkels, in een eigen graf, no.9.

Vanaf 1603 woonde zijn grootouders van vaders kant met hun kinderen in een ander Stadsherstel monument vlakbij, namelijk Paardenstraat 1. Zijn opa Jan Jansz Kerffbijl (Lagendijk, 1565-1633) was huistimmerman en houtkoper. De vader van zijn opa was ook houtkoper, en ook zijn opa van moeders kant had dat beroep.

Een oom van Nicolaes komen we tegen als vasthoudende eigenaar van het huisje waar de Cromhouts hun monumentale Cromhoutpanden, ook Stadsherstelmonumenten om heen moesten bouwen, omdat hij zijn huisje niet aan hen wilde verkopen. Waarschijnlijk is houtzaagmolen De Kerfbijl in de Zaanstreek naar deze vasthoudende houthandelaar genoemd. De houtzaagmolen was heel klein. Hij stond tussen andere grote houtzaagmolens, waardoor de molen heel nietig leek en de naam Eendenhok kreeg.

De familie
Van Keijssel

Link met Brazilië

Toen de katholieke Agneta van Keijssel trouwde met Nicolaes woonde ze aan de Geldersekade, ze werd begraven in 1694 in de Waalse Kerk. Oorspronkelijk komt Agneta’s familie van vaders en moeders kant uit Antwerpen. Maar Agneta is niet daar of in Amsterdam geboren, maar in 1648 in Recife, de hoofdstad van de Braziliaanse deelstaat Pernambuco.

Vanaf de 16e eeuw werd hier door de Portugezen suiker verbouwd op plantages door tot slaafgemaakten. De temperatuur en de grond waren zeer geschikt om daar suiker te verbouwen. In de jaren 1630-1654 was een groot deel van Brazilië onder Nederlands bewind (Nederlands-Brazilië). Het gezag werd uitgeoefend vanuit Recife, dat destijds Mauritsstad heette. Agneta’s vader David was vele jaren officier in Brazilië.

Hij trouwde in Recife in 1642 met de in Amsterdam geboren Clara van der Boogaert. Ze kregen tot in 1653 verschillende kinderen in Brazilië, in 1660 werden er kinderen in Amsterdam ingeschreven. Ze zijn dus waarschijnlijk nadat Portugal Brazilië weer terug veroverde, teruggegaan naar Amsterdam.

Ook blijkt dat de grootouders van Agneta moederskant; Joos Joosz van der Boogaert en Agnieta (Niesje) Selijns, in Brazilië hebben gewoond, want haar oma overleed daar in 1639. Maar waarom waren Agneta en haar familie in Brazilië?

Suiker
Brazilië

Amsterdamse suikerbakkers

Dat er familie van Agneta in Brazilië woonde heeft waarschijnlijk te maken met de handel in suiker waar verschillende familieleden van de Van der Boogaerts én van de Van Keijssels bij betroken waren.

Agneta’s opa van vaders kant had twee broers; Gillis en David van Keijssel, die beide suikerbakkers waren. Zij rolden waarschijnlijk in het suikerbakkers vak via familie, die na 1586 de voormalige zeepziederij ‘De Gulde Molen’ aan het Damrak ombouwde tot suikerbakkerij. De koopmannen Gillis en David bouwden in 1718 een suikerbakkerij aan de Herengracht “De Vergulde Molen”.

Gewoonlijk betrok een kruidenier-koopman zijn producten zoals suiker uit Brazilië, via Antwerpen en Lissabon. Door de verovering van Portugal door de hertog van Alva in 1580, en Antwerpen door de hertog van Parma in 1585, veranderde de politiek-economische situatie drastisch. Er ontstond bij de kooplieden in het noorden een sterke behoefte om hun producten zelf uit de Oost en West te gaan halen. Dat deden ze zelf of door het oprichten van handelscompagnieën, zoals de Compagnie van Verre (1594), de VOC en de WIC. Familieleden van Agneta investeerde daar in, en waarschijnlijk waren ze daarom in Brazilië.

Familie
Van der Boogaert

Van Nieuw- Nederland naar Brazilië

Ook via de moederskant van Agneta is er een link met deze suikerbakkersfamilie van vaderskant. Haar overgrootmoeder Clara is een zus van opa Jaques van der Keijssel en dus ook van de suikerbakkers Gillis en David.

En de zoon en schoondochter van Clara, Joost van der Boogaert en Niesje Selijns, grootouders van Agneta, zijn in Brazilië geweest. Tussen 1621 en 1635 hebben Niesje en Joost in Amsterdam verschillende kinderen laten dopen. In de tussentijd is Joost naar de Nieuw-Nederlanden koloniën geweest. (Nieuw-Nederland was voormalig Nederlands gebied aan de oostkust van de V.S.) Hij was betrokken bij de vroegste dagen van die koloniën (1624), de South of Delaware River in het bijzonder. Waarschijnlijk is hij eind augustus 1625 met het schip “Orangenboom” uit Nieuw-Nederland vertrokken naar Holland.

In 1637 is hij in Brazilië. Hij komt dan verschillende keren in de doopregisters voor als doopgetuige. Hij handelde toen waarschijnlijk in het Caribisch gebied. Zijn vrouw vergezelde hem kennelijk, aangezien zij ook “sponsor” was bij een doop in Brazilië in 1637. Niesje zou in 1639 in Brazilië overlijden. Sommige van hun kinderen trouwden en hadden gezinnen in Brazilië. Zo trouwde de moeder van Agnieta, Clara van den Boogaert daar ook.

Kijktip! African Queens Njinga

Op Netflix is een documentaireserie, geproduceerd en verteld door Jada Pinkett Smith, over de strijdlustige koningin Njinga van Angola te zien. Het bevat interviews met deskundigen en nagespeelde scènes.
Rol van Stadsherstel
Herstel van het stadsbeeld

In 1881 is H. Hessing eigenaar van ons pand, Mejuffrouw D. Spits is dan bewoner, zij klaagt in 1911 dat ten gevolge van een verbouwing van de buren op nr. 264, de stenen uit de gemeenschappelijke muur vallen. Bij de buren kan naar binnen worden gekeken. Één en ander wordt hersteld aan het bouwvallige pand. Mej. Spits had op dit adres een naaiatelier en plaatste advertenties voor leerlingen in costuumnaaien.

Op 26 juli 1965 wordt eigenaar N.J.H. van Schagen gesommeerd ‘het huis te ontruimen wegens bouwvalligheid, zodat tot sloop kan worden overgegaan’. Maar hij verkoopt het huis aan reder Pieter Sietszen Luitzen Frederik Kooy. Deze vraagt op 8 april 1965 een sloopvergunning aan. Op 16 juli 1965 wordt hij eveneens gelast tot ontruiming en sloop van het pand. In November 1965 wordt hiermee een aanvang gemaakt en op 29-6-1967 is het hele huis gesloopt. Stadsherstel is dan eigenaar.

Amstel 268 had Stadsherstel al gered, ook bij het nummer 262 was dat het geval. “Daardoor ligt het in de rede te trachten de tussenliggende huizen 266 en 264, in overleg met het Bureau Monumentenzorg, op passende wijze te herbouwen”. Zo lezen we in het jaarverslag van 1967.

Met de Rotary Stichting werd overeenstemming bereikt over het in eigendom splitsen van nummer 264 en 266, zij waren ook van één pand eigendom.

Meer informatie

Bronnen:
heijnders.nl/stamboom/index.php?id=kwempe
Rotary.nl
theobakker.net/pdf/DamrakII_JB80.pdf
Als Justus van Maurik dit eens had geweten: zes eeuwen geschiedenis van Damrak. (Nr. 4) Dudok van Heel.
In Dienst van’t Suyckerbacken, Arjan Poelwijk
Archief Stadsherstel
Stadsarchief Amsterdam
Beeldbank Rijksdienst voor het Cultureel erfgoed
Beeldbank Rijksmuseum
Delpher

Aan dit project hebben meegewerkt:
Restauratiearchitect: H. Rappange
Restauratieaannemer: Hoen

Cookie toestemming
Wij gebruiken cookies om uw gebruikerservaring te optimaliseren en het webverkeer te analyseren. De analytische cookies zijn volledig geanonimiseerd en worden niet gedeeld. Lees meer over hoe wij cookies gebruiken. Als u akkoord gaat met ons gebruik van cookies, klikt u op "Ok, ik wil verder".
instellingen
Functionele cookies: deze cookies zijn nodig voor een goed werkende website
Analytische cookies: deze cookies worden gebruikt om statistieken van de website bij te houden. De analytische cookies zijn volledig geanonimiseerd en worden niet gedeeld. Tevens wordt het laatste octet van het IP-adres automatisch gemaskeerd.