Stadsherstel koopt Van Houtenkerk te Weesp
Stadsherstel heeft onlangs de Van Houtenkerk in Weesp aangekocht. Dankzij de goede contacten met de Stichting Oude Hollandse Kerken (SOHK) kwam Stadsherstel twee jaar geleden in contact met het bestuur van de Vrijzinnige Geloofsgemeenschap Nederlandse Protestanten Bond (NPB) afdeling Weesp, de eigenaar en gebruiker van deze kerk, door henzelf wel aangeduid als ‘gehoorzaal’ en in de volksmond ook ‘het chocoladekerkje’ genoemd. Met de aankoop wil Stadsherstel een bijdrage leveren aan het culturele aanbod in het oude stadje aan de Vecht.
Het bestuur van de afdeling Weesp zorgde tezamen met de Stichting Vrienden Van Houtenkerk al jaren voor een optimaal gebruik van de kerk, in een tijd dat de NPB deze steeds minder kan benutten. Vanwege het afnemende en vergrijzende ledenbestand zocht men een weg om de toekomst van het prachtige gebouw veilig te stellen. Zo ontstond via de SOHK het contact met Stadsherstel. En gelukkig ligt Weesp juist op het randje van de Stelling van Amsterdam, zodat Stadsherstel zich volgens haar nieuwe beleid ook met deze gemeente mag bezig houden.
Geschiedenis
In 1902 berichtten de gezusters Van Houten – telgen uit het bekende chocoladegeslacht – de hun sympathieke NPB in Weesp, dat zij bereid waren ten behoeve van deze vrijzinnige geloofsgemeenschap een gehoorzaal te bouwen, tezamen met een bewaarschool. Daartoe werd een stuk grond in het centrum van Weesp aan de Oude Gracht gereserveerd, waar toen nog de villa van de familie Van Houten lag met daaromheen de oude fabrieksgebouwen. De fabriek was net verhuisd naar een modern complex buiten de bebouwde kom. Het bureau Klinkhamer & Oüendag kreeg de opdracht het ontwerp van de nieuwe kerk te verzorgen. De bouw kwam onder leiding van Ouëndag te staan.
Jacob Frederik Klinkhamer (1854-1928) is in Amsterdam vooral bekend als ontwerper van de Graansilo aan de Westerdoksdijk. Bert Johan Ouëndag (1861-1932) dankt zijn bekendheid in de hoofdstad vooral aan de gebouwen van het Heinekencomplex aan de Stadhouderskade en vanwege zijn samenwerking met Berlage aan het hoofdkantoor van de Amsterdamsche Bank aan het Rembrandtsplein. De architecten waren in 1899 een associatie aangegaan, toen Klinkhamer werd benoemd tot hoogleraar te Delft. In 1905 nam Oüendag het bureau in zijn eentje over.
Op 6 december 1906 werd het bedehuis in gebruik genomen en het jaar daarop werd de gehoorzaal nog voorzien van een prachtig orgel van de firma Adema uit Amsterdam. Het eigendom behielden de dames Van Houten eerst nog zelf, maar in 1940 droegen zij dit over aan de NPB.
De bewaarschool werd uiteindelijk de gemeentelijke bibliotheek, maar het hele complex is nog steeds een mooi voorbeeld van dit soort architectuur uit het eerste decennium van de twintigste eeuw. Vooral de kerkzaal met zijn originele interieur met prachtige kronen en wandarmaturen en veel sjabloonwerk op de wanden en plafonds mag zeer bijzonder genoemd worden. Bij de aanwijzing tot rijksmonument in 1999 karakteriseerde de toenmalige Rijksdienst voor de Monumentenzorg de kerk als gebouwd in Overgangsstijl, met neoromaanse stijlkenmerken en een bijzonder Jugendstilinterieur. Het heet ‘Overgangsstijl’, omdat deze architectuur de kenmerken van zowel de oude neostijlen als van de Berlagiaanse Nieuwe Kunst in zich heeft.
Nieuwe toekomst
De koop vormt voor Stadsherstel een mooie gelegenheid om dit bijzondere gebouw een nieuwe toekomst te geven. Door de uitbreiding van haar werkgebied naar het gebied binnen de Stelling van Amsterdam kreeg Stadsherstel de kans deze kerk aan haar portefeuille toe te voegen. De NPB blijft gebruiker. Daarnaast wordt gezocht naar een brede invulling met sociaal-culturele activiteiten – mits in overeenstemming met het prachtige interieur – zoals ook in de andere bijzondere complexen van Stadsherstel gebeurt. Hiermee is de Van Houtenkerk de twaalfde kerk die door Stadsherstel wordt geëxploiteerd en beheerd.