Dit huisje behoorde tot het Deutzenhofje

K

Kerkstraat 184

Kerkstraat 184, Amsterdam

Filantropie speelt in de 17e eeuw een grote rol in de samenleving. Hoewel het stadsbestuur en de kerk ook zorg dragen voor hulpbehoevenden, worden de hofjes voor ouderen vooral gesticht door welgestelde particulieren, in het bijzonder vrouwen. Een van hen is Agneta Deutz. Uit haar nalatenschap wordt het Deutzenhofje gesticht aan de Prinsengracht, een hofje waar ook ons pand vanaf 1896 toe behoort.

1670-1680
Gebouwd
19e eeuw
Fronton
1984
Aangekocht
1989
Gerestaureerd
Nu
Woningen
Pand beschrijving
Binnenhaard

Het huis heeft vrijwel de indeling behouden uit de oorspronkelijke periode

Dit pand is evenals de twee linker buurpanden, ook in bezit van Stadsherstel, een rijksmonument en gebouwd rond 1670-1680. De panden zijn zeer vergelijkbaar, hebben alle drie een klokgevel, maar allemaal een andere afsluiting op de top. Dit pand een zogenaamd recht fronton. Het fronton dateert uit de 19e eeuw.

Het interessante van dit pand is dat het net zoals de buurpanden vrijwel de indeling heeft behouden uit de oorspronkelijke periode. Binnengekomen kan men vier treden afdalen naar de verdiepte binnenhaard, vroeger de keuken, of zeven treden opgaan naar de insteek, de zogenaamde opkamer waar men woont, terwijl nogmaals 7 treden naar de voorste insteek gaan, die oorspronkelijk wordt gebruikt als zit-/slaapkamer. Tevens bevat het huis een eerste en een kapververdieping. In de Tweede Wereldoorlog tot aan de jaren ’60 woont en werkt het echtpaar Van Soest in dit pand. Hij is kleermaker en zit op de begane grond in kleermakerszit op een grote tafel voor het raam. Zo kan hij alles volgen wat er op straat gebeurt.

Eigenaren
Neufville

In 1669 is het erf voor ƒ 325,- uitgegeven door Burgemeesters en Thesaurieën, koper is David de Neufville. In 1682 koopt meesterhovenier Michiel Steenvelt het en acht jaar later wordt het weer doorverkocht aan Dirck Borsman, meestermetselaar en Jan Barm, meestertimmerman. Steeds worden de drie Stadsherstelpanden tegelijk verkocht aan dezelfde eigenaar. In 1692 is dat voor het laatst. Daarna zijn er steeds verschillende eigenaren. Totdat het Deutzenhofje rond 1900 de drie panden koopt, alhoewel niet tegelijk. Dit pand wordt in 1896 gekocht. Een paar jaar later worden de twee andere panden ook door het hof aangekocht. Het bestuur van het Deutzenhofje koopt de panden met het doel om ze na een opknapbeurt te verhuren aan ‘behoeftige vrouwspersonen’, zoals het testament van oprichter Agneta Deutz omschrijft.

In 1695 komt het Deutzenhofje gereed. Boven de poort wordt de volgende tekst aangebracht: ‘Agneta Deutz laat hier haar liefde en godsdienst blijken,/ Den armen tot een troost, tot voorbeeld aan den rijken/ Anno 1695’. Wagenaar roemt het als het grootste en aanzienlijkste hofje van de stad Amsterdam.

Het is bestemd voor verarmde vrouwelijke familieleden en voor dienstboden van haar familie. Zij moeten gereformeerd zijn, minimaal vijftig jaar oud en de dienstbodes moeten minimaal vier jaar hebben gediend.

Oprichter
Deutz

Twee echtgenoten uit Delft

Agneta Deutz is in 1633 geboren in Amsterdam waar ze in 1692 overlijdt. Haar vader, Jean Deutz (1581-1638) uit Keulen, heeft zich in 1605 als koopman in onder andere Oost-Indische waren in Amsterdam gevestigd en is in 1614 getrouwd met Elisabeth Coymans (1596-1653), dochter van een van de rijkste families van Amsterdam. Agneta Deutz is het dertiende van de veertien kinderen van dit deftige koopmansechtpaar. Zij wordt geboren in het huis ‘De Ster’ op de Keizersgracht (tegenwoordig no. 121), dat haar vader in 1620 heeft laten bouwen. Een week voor haar achttiende verjaardag trouwt zij met de Delftse burgemeesterszoon Gerrit Meerman, (1627-1668) lid van de vroedschap van Delft. Het echtpaar betrekt daar een woning aan de westzijde van de Oude Delft. Zij krijgen vier kinderen die geen van allen de volwassen leeftijd halen. Haar man overlijdt in 1668.

In 1674 hertrouwt Agneta Deutz, inmiddels 41 jaar oud, met de tien jaar oudere Zacharias van Beresteyn, heer van Hoffdijck en Middelharnis(1623-1679), burgemeester van Delft en vrijgezel. Het echtpaar woont in een van de grootste huizen in Delft, genaamd De Gulden Mee-bael. Op 26 december 1675 wordt in de Waalse Kerk Cornelis Joseph van Beresteyn gedoopt, hun eerste en enige kind.

Familie
Zoon en erfenis

Woest leven en woedende conduyte

Agneta Deutz had een slechte verstandhouding met zoon Jan Meerman. Zij geeft aan dat zijn ‘woest leven en woedende conduyte’(: gedrag) van haar vervreemd heeft. Toch doet ze een verzoeningspoging: (ik) zal u in vrede ontvangen alzo waarlijk als ik van een boetvaardige zoon wil wezen een barmhartige moeder’. Helaas mislukt de verzoeningspoging: en zo laat zij notarieel vastleggen met welke uitlatingen Jan haar publiekelijk verwenste (onder meer dat de duivel haar in de hel aan haar haren mocht voortslepen), dat hij ook haar nieuwe echtgenoot en zijn halfbroer dood wenste en dat hij zich aan allerlei kwaad gedrag (tot aan stelen en inbreken toe) schuldig maakte. Deze verklaringen had Agneta Deutz nodig om haar zoon te kunnen onterven.

Een week na de bruiloft van Jan in 1680, iets waartegen zijn moeder zich verzette tot aan de hoge rechter aan toe, werd voor de schepenen van Delft het testament verleden waarin Agneta Deutz haar zoon Jan onterfde. Hij zou slechts zijn legitieme portie erven. Zij bestemde haar hele nalatenschap voor haar jongste zoon Cornelis Joseph van Beresteyn, met de kanttekening dat hij een deel van de erfenis moest bestemmen voor de bouw van een hofje in Amsterdam volgens de uitvoerige bepalingen die zij hiervoor opstelde.

Hofje
Liefdadigheidshofje

Historisch interieur regentenkamer vastgelegd

Het hofje is een typische Nederlandse woonvorm die in de 16e eeuw in zwang raakt. De christelijke opvatting van barmhartigheid is belangrijk, maar de stichters van de hofjes hebben nog een andere drijfveer. Voor de welgestelde particuliere stichters snijdt het mes aan 2 kanten: de barmhartigheid garandeert een plek in de hemel, en hier op aarde – liefst eeuwige – naamsbekendheid en dankbaarheid van de hofbewoners. Aan het einde van de 17e eeuw ontstaat een nieuwe trend: Hofjes verrijzen als imposante gebouwen aan de grachten.

In 1691 koopt Agneta Deutz de bouwgrond. In een codicil laat zij de reglementen voor het hofje vastleggen, alsmede uitvoerige instructies voor de inrichting van de regentenkamer en dat haar persoonlijke eigendommen bedoeld zijn voor deze regentenkamer. Het moet een voorname ruimte worden. Tot op de dag van vandaag is het door haar opgestelde document nog steeds het uitgangspunt voor de regentenkamer, en ziet deze er nog steeds zo uit als Agneta het voor ogen staat. Door haar persoonlijke eigendommen in de regentenkamer onder te brengen benadrukt Agneta haar band met het hofje en oefent zij invloed uit op de architectonische verschijningsvorm van het hofje. Dankzij Agneta en haar testament beschikken we nu over een historisch interieur uit de 17e eeuw.

Rol van Stadsherstel
Nog steeds voor “Oudere dames”

Een plan van het bestuur van het Deutzenhofje om de panden Kerkstraat 184, 186 en 188 te restaureren is waarschijnlijk om financiële redenen niet van de grond gekomen. Wanneer 184 en 186 worden gekraakt besluit men om de panden aan Stadsherstel te verkopen.

Bij de restauratie zijn zoveel mogelijk de details van de oorspronkelijke bouw gehandhaafd, wel zijn de sanitaire ruimtes en de keuken aangepast aan de moderne eisen.

Veel van de gestichte hofjes zijn nog altijd in gebruik. Zo wonen er nog steeds oudere dames in het Deutzenhofje. Dat er nog steeds veel animo is voor dit hofje, ondanks de geringe omvang van de huisjes, mag blijken uit de wachtlijst ervoor. Criteria voor toewijzing zijn niet meer aan religie gebonden; belangrijk is dat iemand ‘past’ op het hofje. Een kennismakingsgesprek met een der regenten moet dit uitwijzen, waarna het bestuur beslist.

Meer informatie

Bronnen:
Interviews Kerkstraat bewoners
Amsterdam.nl/erfgoedvandeweek
maandblad Amstelodamum, 47ste jaargang, april 1960.I.H. van Eeghen

De restauratie is uitgevoerd door:
Restauratiearchitect: Bouwbureau Stadsherstel
Restauratieaannemer: G.J. Dijst & Zn. BV

Cookie toestemming
Wij gebruiken cookies om uw gebruikerservaring te optimaliseren en het webverkeer te analyseren. De analytische cookies zijn volledig geanonimiseerd en worden niet gedeeld. Lees meer over hoe wij cookies gebruiken. Als u akkoord gaat met ons gebruik van cookies, klikt u op "Ok, ik wil verder".
instellingen
Functionele cookies: deze cookies zijn nodig voor een goed werkende website
Analytische cookies: deze cookies worden gebruikt om statistieken van de website bij te houden. De analytische cookies zijn volledig geanonimiseerd en worden niet gedeeld. Tevens wordt het laatste octet van het IP-adres automatisch gemaskeerd.