Hoogste punt restauratie Noorderdwarsstraat 7 bereikt

Op dinsdag 3 november werd in Noorderdwarsstraat 7 het pannenbier geschonken. Deze traditionele handeling vindt plaats bij het bereiken van een hoogste punt. Daarnaast reikte projectleider Paul Morel van Stadsherstel aan alle medewerkers van de aannemer, A.A. van Breukelen uit Soest, de even traditionele kapfooi uit. Onder grote belangstelling van betrokkenen en omwonenden hezen de directeur van Stadsherstel, Onno Meerstadt, en projectleider Hans van Breukelen van de aannemer de vlaggen en ging gelukkig niet de traditionele bezem in de top, in vroeger tijden het teken dat de eigenaar geen kapfooi wilde betalen.
Stadsherstel heeft het vervallen gemeentelijke monument Noorderdwarsstraat 7 in 1986 aangekocht. Door een niet meer te achterhalen gang van zaken is het pand ooit van de lijst verwijderd, waarschijnlijk omdat men in de foutieve veronderstelling verkeerde dat het gebouw al als rijksmonument geregistreerd zou zijn. Tijdens de voorbereidingen van de broodnodige restauratie is de status van gemeentelijk monument opnieuw vastgelegd.
Restauratie liet lang op zich wachten
Omdat de nood telkens niet te hoog was én omdat een aantal bewoners niet mee wilden werken aan de restauratie heeft het werk een ongekend lange voorbereiding gehad. Het heeft helaas zelfs tot een gang naar de rechtbank moeten komen om het licht op groen te krijgen.
Het was al bekend dat het achterhuis een lange geschiedenis kende, maar bij de demontage bleken grote delen van het voorhuis ook nog 17e-eeuwse kenmerken te hebben, terwijl de voorgevel toch echt 19e-eeuws is. Dit is een veel voorkomend verschijnsel in Amsterdam. Bij vernieuwing van huizen werd het nog in goede staat verkerende houtskelet bewaard en werd alleen de voorgevel vernieuwd. Zo komt het voor dat in de binnenstad middeleeuwse huizen staan met een vroeg-20ste-eeuwse gevel.
De restauratie van Noorderdwarsstraat 7 heeft nu de kap bereikt. De hoogste tijd dus voor het traditionele pannenbier!
A.C. Bleijs
Noorderdwarsstraat 7 dateert van 1880, het jaartal staat zowel op de bouwtekening als op de gevel. Het is ontworpen door een in zijn tijd zeer gerespecteerde katholieke architect, Adrianus Cyriacus Bleijs (1842-1912). Zijn bekendste bouwwerk in Amsterdam is de Sint Nicolaaskerk tegenover het Centraal Station, die in 1888 ingewijd werd. Verder heeft Bleys in de hoofdstad, naast woonhuizen – veel bij en aan het Begijnhof – en scholen, drie katholieke instellingen ontworpen. In 1883 bouwde hij de uitbreiding van het oudevrouwenhuis Vredenburg aan de kop van de Oudezijds Burgwallen. Ook van zijn hand is het Sint Elisabethsgesticht voor meerderjarige weesmeisjes op de hoek van de Mauritskade en de ’s-Gravesandestraat (1888-1889), waar nu het jeugdcentrum en -hotel Arena zit en het iets verderop gelegen Onze Lieve Vrouwe Gasthuis (1895-1898), waar niets oorspronkelijks meer van over is.
Obelisken worden teruggebracht
Het pand aan de Noorderdwarsstraat is in rijke neorenaissancestijl gebouwd. Zich duidelijk baserend op de 17e-eeuwse bouwkunst heeft Bleijs toch een geheel eigen interpretatie hiervan gegeven. De oorspronkelijke obelisken op de top en de gevelbekroning zijn in de loop der tijd verdwenen. Er zullen replica’s van worden gemaakt. De Vereniging Vrienden van Stadsherstel gaat de vervaardiging en plaatsing hiervan betalen.
In 1920 is de onderpui radicaal verbouwd. De winkel-woning op de begane grond werd verwijderd. Hiervoor in de plaats kwam in het achterhuis een paardenstal met boxen voor vier paarden. Het voorhuis werd als koetshuis in gebruik genomen. Na de oorlog is de onderpui opnieuw gewijzigd. Toen Stadsherstel het pand in 1986 aankocht, was er een garagebedrijf in gevestigd. Bij de restauratie zal de garage veranderd worden in een bedrijfs- en/of atelierruimte. Daarboven komen drie woningen.
In het voorjaar van 2010 zal Noorderdwarsstraat 7 weer in volle glorie te zien zijn en worden gebruikt zoals de bouwheer het bedoeld had. Daarmee zal eindelijk deze rotte kies in het charmante straatje zijn opgeknapt.